Provincie NH woensdag, 22 juni 2005   

Toespraak Ton Hooijmaijers, gedeputeerde Ruimtelijke Ordening, Stedelijke Vernieuwing en Schipholzaken van de provincie Noord-Holland, tijdens de Westfriese vastgoedbijeenkomst op 22 juni 2005, te Hoorn. 

Dames en heren,

Wie weet staan we met deze eerste bijeenkomst wel aan het begin van een lange traditie. Mij is ruim de tijd geboden, en dat stel ik op prijs. Maar ik ga die tijd niet helemaal volpraten. Ik wil deze eerste keer de toon zetten door duidelijk te maken dat u als regio aan zet bent!, en door met u te discussiëren aan de hand van een aantal – hopelijk prikkelende – stellingen.

Zo’n discussie sluit ook goed aan bij wat het huidige college van GS wil: projecten uitvoeren, doen, dingen afmaken. De provincie Noord-Holland wil een doe-provincie zijn. Om die rol goed te kunnen spelen, moet je goede partners in het veld hebben.

Je moet steeds met dat veld in gesprek blijven om te weten wat er precies speelt, wat de onderlinge gevoeligheden zijn, waar de kansen liggen en welke problemen er schreeuwen om een oplossing. Die informatie kom ik bij u ophalen.

Voor dat gesprek van zo dadelijk ga ik u vast wat munitie aanreiken door iets te vertellen over (en zo stond het in de uitnodiging): ‘De gevolgen van het Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord voor de regio West-Friesland voor de Streekplanperiode 2005-2015’. De uitvoering ervan rust op drie pijlers: vrijheid, kwaliteit en samenwerking.

Dat Ontwikkelingsbeeld, of Streekplan, is de visie van de provincie op de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van Noord-Holland Noord. Eenvoudig gesteld komt het erop neer dat we de boel niet meer zo dichttimmeren als voorheen. De provincie schrijft minder precies voor waar welke ontwikkeling gewenst is.

Wij geven zoekgebieden en uitsluitingsgebieden aan. We toetsten vervolgens mogelijke ontwikkelingen aan beeldkwaliteitsplannen en regioprofielen voor woningbouw en bedrijventerrein.

>>>>

Bedrijventerreinen, hoe staat het daarmee?
Er ligt tot 2014 een planningsopgave van in totaal 140 ha netto voor bedrijventerreinen. Zo staat het in het Ontwikkelingsbeeld. 60 % daarvan is bestemd voor regionale terreinen en 40 % voor de niet-regionale terreinen. Dat komt neer op 80 ha netto terrein voor regionaal terrein en 60 ha netto voor niet-regionaal terrein. PS hebben in oktober 2004 het terrein Jaagweg in Wester-Koggenland aangewezen als regionaal terrein voor West-Friesland met een omvang van 70 ha netto.

De provincie staat toe dat er 60 ha niet-regionaal terrein wordt verwezenlijkt. Het instrument daarvoor is de regionale bedrijventerreinenvisie. Het is de bedoeling dat gemeenten hierin onderling afstemmen waar en wanneer uitbreiding kan plaatsvinden. Ambtelijk hebben we inmiddels een begin gemaakt met de regionale bedrijventerreinenvisies.

Naar aanleiding van de vaststelling van het Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord is er in de regio verdeeldheid ontstaan over de locatie van het regionaal terrein. Er is daarop een taskforce ingesteld, en intussen is er  stuurgroep onder leiding van de heer Baas (burgemeester van Enkhuizen) de zaken uit discussieert en bezig met een advies richting provincie. 

Dit zijn belangrijke aandachtspunten voor ons.

(bron : Provincie NH - Gebruik deze link om de gehele toespraak te lezen )

 

 
Volg ons op Twitter
Vind ons op Facebook