dinsdag, 14 juli 2009

Bijna 200 hectare te veel in 2020

Bijna 200 ha bedrijfsgrond te veel, toch vergroting Jaagweg van 70 naar 78 ha
Voor de Commissie Grondgebied op 15 juni heeft Berkhout is Boos! nogmaals uiteengezet dat in 2007 al bekend was dat er een overschot van 196 ha bedrijfsgrond in West-Friesland zou zijn in 2020. Dat stond in het behoefteonderzoek Markttoets, maar dit rapport maakte het college niet aan de raadsleden en inwoners bekend. Sterker nog, aan de raadsleden werd in juni 2007 het voorstel voorgelegd om de oppervlakte van Jaagweg juist van 70 tot 78 ha te vergroten. De boodschap van Berkhout is Boos! was: raadsleden, u bent niet goed geïnformeerd door het college. Zo kunt u geen goede besluiten nemen.

Reacties commissievergadering
De reacties in de commissievergadering waren verschillend. De meeste raadsleden reageerden helemaal niet. Gehoord werd van het CDA: ‘Het heeft geen zin om je nijdig te maken. Dat willen deze mensen graag.’ Een raadselachtige reactie. Nijdig? Op wie? Op het college? Op de raad zelf, omdat ze niet doorgevraagd heeft? Of op ons, de boodschapper? Verder werd opgemerkt dat er zienswijzen ingediend kunnen worden en dat later nog over het voorontwerp bestemmingsplan voor het bedrijventerrein gesproken zal worden. Andere reacties die wij van raadsleden hoorden, waren: ‘ik heb geen tijd om het allemaal te lezen’, ‘het is te veel informatie’ en ‘ik ben ervan overtuigd dat het nodig is’. 

Raad gaat discussie uit de weg
Geen inhoudelijke reacties dus. Geen discussie over de feiten rond het bedrijventerrein aan de Jaagweg. Die gaat de raad systematisch uit de weg. De twee kenmerkende reacties zijn: ‘daar hebben we het later nog over’ en ‘daar is nu wel genoeg over gepraat’. Slechts enkele raadsleden stellen af en toe concrete vragen, maar dat leidt nooit tot een concreet antwoord vanachter de collegetafel. Het is vreemd dat de raad daar toch genoegen mee neemt.

Feiten en inhoud zijn discussie waard
De raad draait om de feiten heen. Ze reageert niet op inhoudelijke argumenten, maar stelt de discussie uit en richt zich op de boodschapper. Dat is te veel eer voor ons. Wij vragen iedereen om het nu eens wèl over de feiten te hebben. Lees de plannen en rapporten, informeer uzelf en stel vragen aan alle betrokkenen. En als wij het inhoudelijk niet bij het rechte eind zouden hebben: laat het ons weten. De mogelijke aanleg van een omvangrijk bedrijventerrein met grote impact op het landschap en de woon- en leefomgeving van vele Koggenlanders is een goede, inhoudelijke discussie meer dan waard.

 
maandag, 13 juli 2009

Zienswijze voorontwerp bestemmingsplan bedrijvenpark Distriport (Jaagweg)

De door Berkhout is Boos ingediende zienswijze op het voorontwerp bestemmingsplan kunt u hier downloaden in pdf formaat

Zie ook :

Voorontwerp bestemmingsplan Distriport in voorbereiding d.d. 4 juni 2009

Trein Distriport rijdt snel door d.d. 16 juni 2009

 

 
donderdag, 09 juli 2009

Koggenland 'stomverbaasd' na brief Hoorn

Het nieuwe bedrijventerrein Distriport bij Berkhout wordt zeker geen concurrent van het toekomstige terrein 't Zevenhuis bij Hoorn. Sterker nog, de invulling is gedaan in samenspraak met het Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland. Daarom is Koggenland 'stomverbaasd'  over de brief van Hoorn.

Hoorn maakte eerder deze week bekend tegen het ontwerpplan voor Distriport te zijn, omdat er naast bedrijven voor transport en logistiek ook plek komt voor kantoren. Volgens het gemeentebestuur druist dat tegen de afspraken over een regionale verdeling in. Hoorn is zelf bezig met de ontwikkeling van bedrijventerrein 't Zevenhuis. Daar moet vooral de plek komen voor kantoren van regionale bedrijven.

"Tot zo ver de regionale samenwerking'', is het laconieke commentaar van wethouder Jan Wijnker in het gemeentehuis van Koggenland. "Wij zijn echt stomverbaasd over die brief. Het is ook nergens voor nodig. Distriport wordt gemaakt in volle samenwerking met het Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland van de provincie. Dat is dezelfde partij die straks ook mee gaat werken aan 't Zevenhuis. Alleen hierdoor al is het idee dat wij zouden concurreren met een Hoornse markt onzin. Het bedrijf zorgt zelf voor een evenwichtige verdeling over de toekomstige terreinen.''

Tempo
Wijnker vermoedt dat het stevige tempo in Koggenland tot deze reactie heeft geleid. "Op dit moment wordt bedrijventerrein Vredemaker Oost verder ontwikkeld. Dat is voor kleinere lokale bedrijven. Het is al grotendeels verkocht en er is een optielijst voor de andere stukken grond. Met een wachtlijst; dus als er nog meer gegadigden komen, dan moeten die naar Distriport."

Strook
De kantoren waarover Hoorn struikelt, staan volgens Wijnker aan de rand, op een 'zichtlokatie'  langs de A7.  "En dat wordt geen dichte strook met kantoren, wij houden er zelf ook rekening mee dat er voldoende ruimte tussen de gebouwen blijft. Er blijft voldoende markt voor kantoren in de regio."

Koggenland vindt dat er aan de opzet van Distriport niets mankeert.  "Ik kan niet begrijpen waarom Hoorn meteen naar dit middel grijpt", stelt Wijnker. "Die gemeente heeft zelf ook contacten met het Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland. Dat heeft straks de regie over de verkoop van grond aan bedrijven. Het is ook in hun belang dat er voldoende kopers komen voor 't Zevenhuis."

Lees meer...
 
maandag, 06 juli 2009
Gemeente ziet ’oneerlijke concurrentie’ opduiken voor eigen bedrijventerrein

Hoorn tegen kantoren op Distriport

Op het moment dat de gemeente Koggenland de deur openzet voor de komst van kantoren naar het nieuwe bedrijventerrein Distriport, worden de regionale afspraken geschonden. Dat stelt de gemeente Hoorn, die deze kwestie bij de buurgemeente heeft aangekaart.

Immers, wanneer op Distriport ook andere ondernemingen dan alleen die voor distributie of transport mogen komen, dan wordt dit terrein een directe ’concurrent’ voor bedrijventerrein ’t Zevenhuis dat Hoorn zelf wil ontwikkelen. Koggenland dreigt als het ware potentiële kopers voor de Hoornse bedrijvengrond weg te kapen en dat is het college van burgemeester en wethouders in Hoorn in het verkeerde keelgat geschoten.

Distriport is een groot regionaal bedrijventerrein, dat op de grond ten zuiden van Berkhout moet komen. De provincie Noord-Holland en het ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord zijn betrokken bij de plannen. Zij dragen ook bij aan de investeringen.

Opzet is dat de grotere bedrijven die zich bezighouden met logistiek, distributie en transport hier een passende plek kunnen vinden. Zo worden er ook plannen gemaakt om de aansluiting van de Jaagweg op de snelweg A7 aan te passen.

Aan de noordkant van de Westfrisiaweg, ter hoogte van Zwaagdijk-West, wil Hoorn samen met ontwikkelaar Scholtens bedrijventerrein ’t Zevenhuis maken. Vijver In samenspraak met de provincie is van meet af aan afgesproken dat beide gebieden elkaar niet mogen beconcurreren. Daarom richt Hoorn zich op kleinere ondernemingen en kantoren. Nu blijken beide gemeenten toch in dezelfde vijver te gaan vissen.

In het ontwerpbestemmingsplan voor Distriport ontbreekt in de eerste plaats de mogelijkheid dat Koggenland bedrijven kan weigeren. Hoorn ziet hierin het bewijs dat de buurgemeente de opties openhoudt om elke gegadigde te kunnen ontvangen.

Dat was niet de afspraak, aldus het college. Daarom wil de stad dat Koggenland het plan aanpast om wel die beperkingen hard te kunnen maken. Daar komt nog bij dat voor Distriport rekening wordt gehouden met de komst van 25.000 vierkante meter kantoorruimte.

Hoorn komt tot de slotsom dat Koggenland hiermee het beleid van de provincie ondergraaft. Kantoorruimte hoort volgens Hoorn bij uitstek op ’t Zevenhuis te komen, in plaats van bij Berkhout.

Kortom: ’ongezonde en oneerlijke concurrentie’, in de ogen van het Hoornse college.

Lees meer...
 
dinsdag, 16 juni 2009

Bijdrage Berkhout is Boos! - Commissie Grondgebied - agendapunt 12

Wat nu voorligt is het voorontwerp bestemmingsplan Distriport (of Jaagweg). Dat zou de volgende stap zijn na het aanvaarden van een goedgekeurde MER. Maar u gaat wel erg hard. Een dag na het sluiten van de zienswijzetermijn op het MER, ligt het voorontwerp al ter inzage. De vraag is dan hoe serieus u de zienswijzen op het MER nog neemt.

Maar de vraag die u zelf voor de beoordeling van het MER – en dus ook voor het voorontwerp bestemmingsplan - het belangrijkste vond, was de vraag: is Jaagweg eigenlijk wel nodig? Na het raadsbesluit over het MER heeft het college het behoefteonderzoek, de Markttoets van de STEC-groep van 2007, openbaar gemaakt. Hiermee heeft het college u als raad volledig voor aap gezet. Ik zal uitleggen waarom.

U heeft inmiddels natuurlijk allemaal die Markttoets gelezen. U weet wel: dat document waarvan u in juni 2007 de samenvatting kreeg, maar niet de rest van het rapport. U werd toen als gemeenteraad gevraagd om de oppervlakte van Jaagweg te vergroten van 70 tot 78 ha, omdat er dringend behoefte zou zijn aan 8 ha extra voor de lokale vraag. Volgens die samenvatting was er een behoefte van 60 tot 90 ha voor Jaagweg. Maar in de rest van dat rapport staat dat er in heel West-Friesland tot 2020 in het TM-scenario dat de ministeries aanhouden, maar 11 ha nodig is (bijlage p 20 ). Dat zou voor Hoorn en Koggenland samen dus 5,5 ha zijn. Dat is voor lokale behoefte, regionale behoefte, alles bij elkaar. En dat zijn de cijfers op basis van het Centraal Planbureau, dus niet uit de dikke duim die de STEC-groep er zelf later op los laat. Kortom, volgens het CPB was 5,5 ha nodig en u vergrootte het bedrijventerrein tot 78 ha.
In dat STEC-rapport staat ook dat in West-Friesland tot het jaar 2020 voor 207 ha aan plannen is (dat staat op pagina 30). De som is dus niet moeilijk: 207 min 11 = een overschot van 196 ha in 2020. Die cijfers staan in precies hetzelfde rapport als dat waarvan u de samenvatting kreeg, die beweerde dat er 60 tot 90 ha voor alleen Jaagweg nodig zou zijn. Het is natuurlijk een schande dat die samenvatting zo afwijkt van het rapport zelf. En het is nog schandaliger dat die gegevens voor iedereen werden achtergehouden. Als u geweten had van dat overschot van bijna 200 ha, dan had u vast nog eens nagedacht voor u instemde met de vergroting van Jaagweg van 70 naar 78 ha.

En dat gebeurt allemaal met opzet. Projectleider Bert Cozijnsen van het Ontwikkelingsbedrijf vertelde op 25 mei tijdens de informatieavond dat er bewust voor gekozen is om dat rapport destijds niet aan u te verstrekken. De zaal zat vol, en ook diversen van u hebben hem dat horen zeggen. Het Ontwikkelingsbedrijf en het college hebben u dus bewust belangrijke informatie NIET gegeven. Ja, ook het college. Want zij kenden het rapport, er zit een Koggenlandse ambtenaar in de projectgroep en de wethouder maakt deel uit van de stuurgroep. Maar het college gaf u het rapport niet. Het college heeft òns het rapport tot vier maal toe geweigerd, tot aan de Raad van State toe. Van de Raad van State hoefde dat de gemeente het document ook niet te verstrekken, omdat wij voor de rechtbank Alkmaar niet expliciet hadden gevraagd om het HELE rapport. Begin dit jaar zijn we een nieuwe WOB-procedure voor dit rapport gestart en dat heeft het college opgerekt tot na het raadsbesluit over het MER. Maar het is duidelijk: we zijn met z’n allen gewoon misleid door dit college. 

Nu denkt u misschien: ach dat was in 2007. De wereld is nu anders. Maar dat is niet zo. Nog geen half jaar geleden, in december 2008, berekende Ecorys in de Kwaliteitsmatch dat de regionale vraag tot 2020 voor Transport en Groothandel voor Jaagweg 13,5 ha zal zijn (pagina 50-51). Dan houd je er 65 ha over, die je zou moeten vullen met bovenregionale vraag. En Ecorys twijfelt sterk aan de haalbaarheid daarvan. Ik citeer: ‘Het is de vraag of een dergelijke ruimtebehoefte in de markt bestaat en daarnaast of Distriport Noord-Holland over een dergelijke aantrekkingskracht beschikt.’ (p. 51). Mensen, het is duidelijk: er is geen behoefte aan Jaagweg. Het is gewoon niet nodig. Het leidt alleen tot verpaupering van de omliggende bedrijventerreinen en verpesting van het landschap.

Nog een punt dat niet kan, is dat de raad instemde met het milieueffectrapport waarin staat dat in overleg met de provincie is besloten geen landbouweffectrapport (of LER) voor Jaagweg te maken. Maar er blijkt wel een LER te zijn, verschenen in juli 2008. Dat is natuurlijk heel raar. Bovendien blijkt dat niet alle adviezen uit dat LER ook in het MER zijn beland. Adviezen die belangrijk zijn voor de agrariërs in het gebied, blijken dus te zijn verdwenen uit het MER. Dat kan natuurlijk niet. En ook hier is de vraag weer: wist u dat?

Cruciale documenten blijven dus liggen in de la en daardoor wordt u onjuist geïnformeerd. Zo kunt u geen besluiten nemen. Discussiëren over een voorontwerp bestemmingsplan heeft geen zin als u onjuiste feiten gepresenteerd krijgt. En dat maakt het nog onbegrijpelijker dat in de raad wordt gezegd dat de discussie over nut en noodzaak achterhaald is, of dat er genoeg over gesproken is. De feiten liggen compleet anders. Uw geloofwaardigheid is in het geding. Hoe lang laat u zich nog voor aap zetten door het college?

 


Pagina 21 van 38
Volg ons op Twitter
Vind ons op Facebook